Helderheidsperspectieven

In deze paragraaf wordt beschreven hoe de VU omgaat met de thema’s zoals die zijn opgenomen in de notitie ‘Helderheid in de bekostiging van het hoger onderwijs’, in 2003 gepubliceerd door het ministerie van OCW.

Thema 1: Uitbesteding

De VU heeft in 2024 geen (delen van) CROHO-geregistreerde opleidingen uitbesteed aan private organisaties en andere instellingen. Het contractonderwijs van de VU valt hierbuiten omdat geen bijdrage van de overheid voor wordt ontvangen.

Thema 2: Investeren van publieke middelen in private activiteiten

Op 15 april 2021 is de Beleidsregel investeren met publieke middelen in private activiteiten ingegaan als opvolger van het huidige Thema 2 van de Notitie Helderheid. Deze nieuwe beleidsregel heeft aanleiding gegeven om de beheersmaatregelen rondom dit thema tegen het licht te houden om de effecten en benodigde aanpassingen te kunnen doorvoeren op het geldende interne beleid, de tariefstellingen, de voor- en nacalculaties per categorie en de wijze en diepgang van de verantwoording. De toelichting over dit onderwerp is hieronder opgenomen.

Een deel van de activiteiten van de VU valt onder de definitie van private activiteiten volgens de Beleidsregel investeren met publieke middelen in private activiteiten uit 2021. De VU rapporteert in dit jaarverslag over de inzet van publieke middelen in private activiteiten in lijn met de verantwoordingseisen volgens deze beleidsregel.

Valorisatie

Alle activiteiten binnen VU Holding B.V., met uitzondering van de joint ventures, komen voort uit de wettelijke valorisatietaak van de VU. Ofwel in directe zin door uitvoering van en het structuur bieden aan het proces van kennisvalorisatie, dan wel in indirecte zin door het verwerven, beheren en vervreemden van participaties in spin-off bedrijven die onder meer de kennis van de VU toepassen in innovatieve producten en diensten uit hoofde van kennisvalorisatie.

Private activiteiten

Bij de VU is onderscheid gemaakt in zeven categorieën private activiteiten: 

  • Contractonderwijs;

  • Contractonderzoek in opdracht van derden;

  • Verhuur onroerende zaken;

  • Detacherings- en overige personele baten;

  • Bedrijfsmatige activiteiten;

  • Energiebaten;

  • Parkeerbaten.

Financiering met publieke gelden per toepassingsgebied

(bedragen in €k)

Activiteiten

Baten 2024

Lasten 2024

Resultaat

Cumulatieve baten (2023 en 2024)

Cumulatieve lasten (2023 en 2024)

Cumulatief resultaat (2023 en 2024)

Contractonderwijs

20.167

21.017

-850

39.744

39.979

-235

3e geldstroom privaat onderzoek

2.014

1.858

156

6.626

6.350

276

Detachering en overige personele baten

5.262

5.321

-59

12.712

13.089

-377

Bedrijfsmatige activiteiten

17.511

18.131

-620

26.468

26.946

-478

Verhuur onroerende zaken

16.184

16.216

-32

36.038

36.086

-48

Energiebaten

19.977

19.967

10

32.368

32.361

6

Parkeerbaten

4.759

4.759

-

9.357

9.357

-

Totaal

85.874

87.269

-1.394

153.956

164.169

-856

Contractonderwijs 

Binnen de VU wordt met name door de Faculteit der Rechtsgeleerdheid (RCH), de School of Business and Economics (SBE) en door de dienst Student- en Onderwijszaken (SOZ) contractonderwijs aangeboden. De baten voor het contractonderwijs bedroegen in 2024 € 20,2m, de lasten bedroegen € 21,0m en het financieel resultaat van deze private activiteiten bedroeg in 2024 € 0,8m negatief voor de VU als geheel. Uit marktonderzoek is gebleken dat de tarieven die zijn gehanteerd marktconform waren. Cumulatief bedraagt het resultaat voor contractonderwijs over 2023 en 2024 € 0,2m negatief.

Er is bij de contractonderwijs activiteiten sprake van een negatief resultaat in 2024. Het is de verwachting dat de opleidingen die in 2024 een negatief resultaat behaald hebben, op korte termijn weer positief zullen worden. In 2023 bedroeg het cumulatief resultaat op het private contractonderwijs € 0,6m positief. Het beleid van de VU schrijft voor dat private opleidingen de integrale kostprijs in rekening dienen te brengen. Wanneer dit leidt tot tarieven die hoger zijn dan de marktconforme tarieven, dan is het voeren van een marktconform tarief ook toegestaan. Het beleid gaat er hierbij vanuit dat er geen structurele financiële afhankelijkheid van de publieke gelden wordt nagestreefd en verwacht. De contractonderwijs activiteiten hebben voor de VU een duidelijke meerwaarde aan de bekostigde wettelijke taken zoals kennisvalorisatie en kennisdeling met de maatschappij. Daarnaast zorgt het contractonderwijs ervoor dat studenten langer aan de VU kunnen studeren, dit zorgt voor een grotere betrokkenheid en stimulering van een leven lang ontwikkelen.

Private activiteiten en publiek/private samenwerkingen kunnen betrekking hebben op onderwijs, onderzoek, valorisatie en ondersteunende dienstverlening. Private activiteiten en publiek/private samenwerking en -activiteiten zijn niet voorbehouden aan specifieke organisatieonderdelen maar kunnen door de gehele organisatie ontwikkeld en uitgevoerd worden. Binnen de faculteiten en diensten kunnen publieke en private activiteiten naast elkaar bestaan. Hierdoor kunnen private activiteiten eenvoudig in het verlengde van en met meerwaarde voor de publieke taak ontwikkeld en uitgevoerd worden.

Op het investeren van publieke of private middelen in private activiteiten bij de VU is risicomanagement van toepassing. Binnen de VU zijn risico’s geen zaken die te allen tijde vermeden moeten worden, maar is risicomanagement een integraal en onmisbaar onderdeel van het op een beheerste en weloverwogen manier realiseren van doelen. Risicomanagement is om die reden bij de VU een belangrijk bestuurlijk aandachtspunt en een vast onderdeel in de planning-en-controlcyclus. Dit betekent dat het faculteitsbestuur c.q. de directeur van de dienst c.q. het bestuur/de directie van de entiteit die private activiteiten of publiek/private samenwerking ontwikkelt en uitvoert, risico’s voor de betreffende activiteit identificeert en de vereiste beheersmaatregelen treft.

Contractonderzoek 

Binnen de VU wordt door de meeste faculteiten onderzoek gedaan voor private partijen, ook wel 3e geldstroom onderzoek privaat genoemd. De baten van de private onderzoeksprojecten bedroegen in 2024 € 2,0m. De positieve resultaten van deze activiteiten bedroegen in 2024 € 0,2m. Het beleid van de VU schrijft voor dat minimaal integrale kostprijs worden gehanteerd bij privaat contractonderzoek waardoor er geen structurele financiële afhankelijkheid van de publieke gelden wordt nagestreefd en verwacht. Het belang van deze private contractonderzoeken is met name gebaseerd op de valorisatie doelstelling van de VU. Het delen van de kennis van contractonderzoek met de maatschappij is een belangrijke doelstelling van de VU in haar rol als kennispartner in de maatschappij.

Het uitvoeren van privaat contractonderzoek stimuleert de samenwerking met bedrijven waardoor toegepast onderzoek mogelijk wordt. Tegelijkertijd biedt het samenwerken met bedrijven bredere mogelijkheden voor personeelsleden en promovendi dan enkel onderzoek vanuit publieke geldstromen.  Ook draagt de VU met contractonderzoek bij aan de maatschappelijke impact door samenwerking met bedrijven.

Private activiteiten en publiek/private samenwerkingen kunnen betrekking hebben op onderwijs, onderzoek, valorisatie en ondersteunende dienstverlening. Private activiteiten en publiek/private samenwerking en -activiteiten zijn niet voorbehouden aan specifieke organisatieonderdelen maar kunnen door de gehele organisatie ontwikkeld en uitgevoerd worden. Binnen de faculteiten en diensten kunnen publieke en private activiteiten naast elkaar bestaan. Hierdoor kunnen private activiteiten eenvoudig in het verlengde van en met meerwaarde voor de publieke taak ontwikkeld en uitgevoerd worden.

Op het investeren van publieke of private middelen in private activiteiten bij de VU is risicomanagement van toepassing. Binnen de VU zijn risico’s geen zaken die te allen tijde vermeden moeten worden, maar is risicomanagement een integraal en onmisbaar onderdeel van het op een beheerste en weloverwogen manier realiseren van doelen. Risicomanagement is om die reden bij de VU een belangrijk bestuurlijk aandachtspunt en een vast onderdeel in de planning-en-controlcyclus. Dit betekent dat het faculteitsbestuur c.q. de directeur van de dienst c.q. het bestuur/de directie van de entiteit die private activiteiten of publiek/private samenwerking ontwikkelt en uitvoert, risico’s voor de betreffende activiteit identificeert en de vereiste beheersmaatregelen treft.

Verhuur onroerende zaken

Vrijstaande ruimtes worden waar mogelijk verhuurd aan derden. De huurprijs wordt op grond van het beleid van de VU gebaseerd op een tarief van integrale kostprijs. Ook worden servicekosten integraal doorbelast aan de huurders. De dienst Facilitaire Campus Organisatie (FCO) is grotendeels verantwoordelijk voor deze categorie van activiteiten. In 2024 was er sprake van € 16,2m aan private verhuurbaten. Het resultaat op de verhuur aan externe partijen bedroeg € 32k negatief.

Het verhuren van vrijstaande ruimtes heeft naast de financiële voordelen ook als doel om huisvesting te bieden voor valorisatie-activiteiten binnen de VU zoals start-ups. Hierdoor wordt de drempel voor het vinden van huisvesting voor de start-up’s lager en hebben zij meer kansen op een succesvolle onderneming. In de samenwerking van de VU met de startup’s en andersom is het ook een meerwaarde als zij zich op de campus bevinden.

Dit negatieve resultaat is veroorzaakt door het gebruik van een ingroeimodel voor de huur aan valorisatieactiviteiten zoals bij Amsterdam Venture Studio’s. Vanwege het belang van een passende huisvesting voor de valorisatie activiteiten is deze keuze bewust gemaakt. Zoals de naam aangeeft, streeft de VU met het ingroeimodel na om de huur uiteindelijk dekkend voor de gemaakte kosten te maken. 

De totale baten van de verhuur aan Amsterdam Venture Studio’s bedragen € 225k, de lasten bedragen € 257k, waarmee het resultaat uitkomt op € 32k negatief.

Op het investeren van publieke of private middelen in private activiteiten bij de VU is risicomanagement van toepassing. Binnen de VU zijn risico’s geen zaken die te allen tijde vermeden moeten worden, maar is risicomanagement een integraal en onmisbaar onderdeel van het op een beheerste en weloverwogen manier realiseren van doelen. Risicomanagement is om die reden bij de VU een belangrijk bestuurlijk aandachtspunt en een vast onderdeel in de planning-en-controlcyclus. Dit betekent dat het faculteitsbestuur c.q. de directeur van de dienst c.q. het bestuur/de directie van de entiteit die private activiteiten of publiek/private samenwerking ontwikkelt en uitvoert, risico’s voor de betreffende activiteit identificeert en de vereiste beheersmaatregelen treft.

Detacherings- en overige personele baten

De VU detacheert incidenteel personeel aan andere universiteiten en overige instellingen. Deze activiteit vindt plaats bij bijna alle faculteiten en diensten. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen publieke en private detacheringen. De private baten voor detachering en overige personele baten bedroegen in 2024 € 5,3m. Het resultaat op de detachering en overige personele baten bedroeg € 59k negatief. Dit wordt veroorzaakt doordat de oude contracten (afgesloten voor 2023) waarmee de VU het personeel over het algemeen detacheerde op basis van de totale loonkosten en dat hierbij niet in alle gevallen rekening werd gehouden met overheadkosten. Bij nieuwe contracten is er sprake van doorbelasting op basis van de integrale kostprijs. De inhoud en doelstellingen van de detacheringen door de VU zijn weliswaar verschillend per individuele casus, maar in brede zin geldt de conclusie dat de detacheringen uitsluitend plaatsvinden in het verlengde van de bekostigde wettelijke taken van de VU gericht op onderwijs en onderzoek. De meerwaarde van de detacheringen heeft om deze reden een publieke aard en doelstelling. Daarnaast is het ook een meerwaarde om door middel van detacheringen aan andere universiteiten de onderlinge samenwerking te versterken. De detacheringsopbrengsten van 2023 zijn op adequate wijze in de verantwoording meegenomen.

Private activiteiten en publiek/private samenwerkingen kunnen betrekking hebben op onderwijs, onderzoek, valorisatie en ondersteunende dienstverlening. Private activiteiten en publiek/private samenwerking en -activiteiten zijn niet voorbehouden aan specifieke organisatieonderdelen maar kunnen door de gehele organisatie ontwikkeld en uitgevoerd worden. Binnen de faculteiten en diensten kunnen publieke en private activiteiten naast elkaar bestaan. Hierdoor kunnen private activiteiten eenvoudig in het verlengde van en met meerwaarde voor de publieke taak ontwikkeld en uitgevoerd worden.

Op het investeren van publieke of private middelen in private activiteiten bij de VU is risicomanagement van toepassing. Binnen de VU zijn risico’s geen zaken die te allen tijde vermeden moeten worden, maar is risicomanagement een integraal en onmisbaar onderdeel van het op een beheerste en weloverwogen manier realiseren van doelen. Risicomanagement is om die reden bij de VU een belangrijk bestuurlijk aandachtspunt en een vast onderdeel in de planning-en-controlcyclus. Dit betekent dat het faculteitsbestuur c.q. de directeur van de dienst c.q. het bestuur/de directie van de entiteit die private activiteiten of publiek/private samenwerking ontwikkelt en uitvoert, risico’s voor de betreffende activiteit identificeert en de vereiste beheersmaatregelen treft.

Bedrijfsmatige activiteiten

De VU onderneemt verschillende bedrijfsmatige activiteiten die vanuit de regelgeving als privaat worden aangemerkt. De totale private baten voor bedrijfsmatige activiteiten (incl. studentenactiviteiten) bedragen € 17,5m, het resultaat op de bedrijfsmatige activiteiten bedraagt € 0,6m negatief. De belangrijkste onderdelen daarvan zijn de activiteiten op het gebied van Cultuur (via het cultuurcentrum Griffioen), Sport (Sportcentrum VU) en studentenhuisvesting. De uitvoering van deze activiteiten vindt plaats door de dienst Student- en Onderwijszaken (SOZ). Binnen SOZ kunnen publieke en private activiteiten naast elkaar bestaan. Hierdoor kunnen private activiteiten eenvoudig in het verlengde van en met meerwaarde voor de publieke taak ontwikkeld en uitgevoerd worden.

 Deze activiteiten liggen in het verlengde van de wettelijke bekostigde taken op het gebied van onderwijs en onderzoek door het ondersteunen van het welzijn van studenten en medewerkers. Daarnaast zorgen deze activiteiten voor een levendige campus.

Om de (internationale) studenten te kunnen huisvesten, heeft de VU-overeenkomsten met verschillende woningaanbieders om een beperkt aantal accommodaties te reserveren voor nieuwe studenten. De student die via de VU-woonruimte zoekt, betaalt een integraal tarief, onder andere ter dekking van de kosten van (zomer)leegstand die voor rekening van de VU zijn. Er is bij de studentenhuisvesting geen sprake geweest van een negatief resultaat op de activiteit. De huisvesting van studenten heeft als meerwaarde dat het voor internationale studenten gemakkelijker wordt om in Amsterdam te komen studeren. Dit vergroot de aantrekkelijkheid van de VU voor internationale studenten.

Uit hoofde van het bedrijfseconomisch optimaliseren van het gebruik van faciliteiten zijn de onderdelen Cultuur en Sport naast de medewerkers en de studenten van de VU ook beschikbaar gesteld aan externe partijen of personen niet zijnde VU-studenten of medewerkers, waarbij de prijsstelling is gebaseerd op integrale kostprijs of marktconformiteit. Voorbeelden hiervan zijn de activiteiten op het gebied van Cultuur (via het cultuurcentrum Griffioen) en Sport (Sportcentrum VU). Deze activiteiten vinden plaats op de campus van de VU omdat de VU dit beschouwt als een belangrijk onderdeel van het zijn van een universiteit die haar studenten breed ontwikkelt. De baten uit hoofde van sport en cultuur gericht op de studenten en medewerkers worden aangemerkt als publieke baten, de baten uit hoofde van de verleende bedrijfsmatige diensten aan derden worden aangemerkt als privaat.

Op het investeren van publieke of private middelen in private activiteiten bij de VU is risicomanagement van toepassing. Binnen de VU zijn risico’s geen zaken die te allen tijde vermeden moeten worden, maar is risicomanagement een integraal en onmisbaar onderdeel van het op een beheerste en weloverwogen manier realiseren van doelen. Risicomanagement is om die reden bij de VU een belangrijk bestuurlijk aandachtspunt en een vast onderdeel in de planning-en-controlcyclus. Dit betekent dat het faculteitsbestuur c.q. de directeur van de dienst c.q. het bestuur/de directie van de entiteit die private activiteiten of publiek/private samenwerking ontwikkelt en uitvoert, risico’s voor de betreffende activiteit identificeert en de vereiste beheersmaatregelen treft.

Energiebaten 

Het energiecentrum (CCE) betreft een joint venture met VUmc die voor het VU-aandeel van 50% is ondergebracht bij de VU Holding B.V.. De meeste activiteiten van CCE lopen via de VU, zoals personeel, inkoop, energie, etcetera. Deze lasten worden integraal doorbelast aan het CCE. De baten bedroegen in 2024 € 20,0m en het resultaat kwam uit op € 10k positief. De aard van deze activiteit is bij de VU aangemerkt als een noodzakelijke activiteit om op de VU-campus voor de studenten en medewerkers een fijne en gezonde studie- en werkplek te faciliteren en ligt daarmee in het verlengde van de bekostigde wettelijke taken gericht op onderwijs en onderzoek. Daarnaast voegt het exploiteren van het energiecentrum betrouwbaarheid van de energievoorziening toe, draagt het bij aan de duurzaamheid en kostenbeheersing. 

Op het investeren van publieke of private middelen in private activiteiten bij de VU is risicomanagement van toepassing. Binnen de VU zijn risico’s geen zaken die te allen tijde vermeden moeten worden, maar is risicomanagement een integraal en onmisbaar onderdeel van het op een beheerste en weloverwogen manier realiseren van doelen. Risicomanagement is om die reden bij de VU een belangrijk bestuurlijk aandachtspunt en een vast onderdeel in de planning-en-controlcyclus. Dit betekent dat het faculteitsbestuur c.q. de directeur van de dienst c.q. het bestuur/de directie van de entiteit die private activiteiten of publiek/private samenwerking ontwikkelt en uitvoert, risico’s voor de betreffende activiteit identificeert en de vereiste beheersmaatregelen treft.

Parkeerbaten 

Het parkeerbedrijf (Parkeerbedrijf VU-VUmc B.V.) betreft een joint venture met het AUMC (locatie VUmc) die voor het VU-aandeel van 50% is ondergebracht bij de VU Holding B.V.. Er lopen verschillende activiteiten via de VU, zoals personeel, huur parkeergarage etcetera. Deze lasten worden integraal doorbelast aan het parkeerbedrijf. De baten bedroegen in 2024 € 4,8m en het resultaat kwam uit op nihil. De aard van deze activiteit is bij de VU aangemerkt als een noodzakelijke activiteit om op de VU-campus voor de studenten en medewerkers een fijne en gezonde studie- en werkplek te faciliteren en ligt daarmee in het verlengde van de bekostigde wettelijke taken gericht op onderwijs en onderzoek. Daarnaast draagt het exploiteren van het parkeerbedrijf bij aan de kostenbeheersing en ondersteunt het bij de professionalisering van de VU. 

Op het investeren van publieke of private middelen in private activiteiten bij de VU is risicomanagement van toepassing. Binnen de VU zijn risico’s geen zaken die te allen tijde vermeden moeten worden, maar is risicomanagement een integraal en onmisbaar onderdeel van het op een beheerste en weloverwogen manier realiseren van doelen. Risicomanagement is om die reden bij de VU een belangrijk bestuurlijk aandachtspunt en een vast onderdeel in de planning-en-controlcyclus. Dit betekent dat het faculteitsbestuur c.q. de directeur van de dienst c.q. het bestuur/de directie van de entiteit die private activiteiten of publiek/private samenwerking ontwikkelt en uitvoert, risico’s voor de betreffende activiteit identificeert en de vereiste beheersmaatregelen treft.

Thema 3: Het verlenen van vrijstellingen

Het verlenen van vrijstellingen is binnen de VU alleen mogelijk op verzoek van de individuele student. Vrijstellingen kunnen worden verleend door de examencommissie; de gronden waarop zijn vastgelegd in de onderwijs- en examenregeling. De documentatie is opgenomen in de studentdossiers.

Thema 4: Bekostiging van buitenlandse studenten

Binnen de VU worden buitenlandse studenten alleen ingeschreven als student als zij volledig voldoen aan de inschrijvingsvoorwaarden. Ingeschreven studenten komen alleen dan voor bekostiging in aanmerking als zij volledig voldoen aan de wet- en regelgeving hieromtrent.

Buitenlandse studenten die slechts een gedeelte van een opleidingsprogramma volgen worden ingeschreven als contractcursist conform de binnen de VU van toepassing zijnde regeling.

Thema 5: Collegegeld niet betaald door student zelf

De inschrijfprocedures binnen de VU zijn conform de geldende wet- en regelgeving rondom dit thema. Door de VU wordt – afgezien van toekenningen uit het Profileringsfonds – geen rijksbijdrage besteed aan het op enige manier compenseren van het door studenten betaalde collegegeld. Indien het collegegeld namens een student door derden wordt betaald staat dit aangegeven op de door de student afgegeven machtiging.

Thema 6: Studenten volgen modules van opleidingen

De VU biedt geen modules van een CROHO opleiding met certificaat als aparte leerroute aan. De VU kent vanzelfsprekend wel contractonderwijs, maar dit is geen regulier onderwijs.

Thema 7: De student volgt een andere opleiding dan waarvoor hij is ingeschreven

De VU staat niet toe dat een student een andere opleiding volgt dan waarvoor ingeschreven.

Thema 8: Bekostiging van maatwerktrajecten

De VU heeft in 2024 geen maatwerktrajecten voor bedrijven en organisaties georganiseerd zoals bedoeld in de Notitie Helderheid, dat wil zeggen het ontwikkelen van maatwerktrajecten waarbij een derde - een externe organisatie of bedrijf - een bijdrage betaalt voor het op maat snijden van een bestaande bekostigde opleiding.