3.1 Rijksbijdragen
De totale Rijksbijdragen zijn toegenomen met € 18,6m.
3.2 Overige overheidsbijdragen
Dit betreft de bijdrage die de VU ontvangt voor de opleiding Orthodontie.
3.3 College-, cursus-, les- en examengelden
De collegegelden zijn toegenomen met € 24,0m ten opzichte van 2022 als gevolg van een stijging van het aantal reguliere en niet-EER studenten en het wegvallen van de landelijke korting van het collegegeldtarief in het collegejaar 2022-2023.
3.4 Baten werk in opdracht van derden
De baten werk in opdracht van derden zijn gestegen ten opzichte van 2022 met € 3,1m. De toename zit hoofdzakelijk in een stijging van de baten uit de tweede geldstroom (NWO en KNAW).
3.5 Overige baten
De overige baten zijn ten opzichte van 2022 toegenomen met € 4,0m en € 12,0m hoger dan begroot. De meest opvallende stijgingen zitten in de verhuur onroerende zaken, overige onderwijs- en onderzoeksbaten en studentactiviteiten.
4.1 Personeelslasten
De personeelslasten zijn toegenomen met € 42,9m. De toename is het gevolg van een stijging van de loonkosten als gevolg van de nieuwe cao en hogere dotaties aan personele voorzieningen.
4.2 Afschrijvingslasten
De afschrijvingslasten zijn ten opzichte van 2022 licht gestegen als gevolg van diverse investeringen in immateriele vaste activa in 2023 en een extra afschrijving op de goodwill.
4.3 Huisvestingslasten
De huisvestingslasten zijn ten opzichte van 2022 gestegen met € 0,9m. Ten opzichte van de begroting bedraagt de stijging € 6,0m.
4.4 Overige lasten
De overige lasten zijn ten opzichte van 2022 vrijwel gelijkgebleven. De belangrijkste wijziging is de verantwoording van de BTW pro rata opbrengsten, deze worden met ingang van boekjaar 2023 in mindering gebracht op de lasten.
Accountantskosten
Onder de ´Beoordelingen en adviezen´ als onderdeel van de overige lasten (paragraaf 4.4) zijn de hieronder vermelde honoraria van de onafhankelijke externe accountants begrepen.