Inleiding

Het bestedingsplan van de VU voor de extra middelen via het Nationaal Programma Onderwijs (NPO) bestaat uit een deelplan voor Onderwijs en een deelplan voor Onderzoek. In dit bestedingsplan is aangegeven op welke wijze de VU inhoudelijk en financieel in de jaren 2021-2023 invulling geeft aan de volgende maatregelen uit het NPO:

• Studentbegeleiding

• stagecompensatie in de zorg

• lerarenopleidingen

• aanpak vertraging onderzoek

Na de vaststelling van het bestedingsplan VU is aanvullende informatie ontvangen over de verlenging van de bestedingstermijn voor de middelen voor Onderwijs naar eind 2024. Voor Onderzoek was de bestedingstermijn in het NPO al vastgesteld tot het einde van 2024. In de uitvoering houden wij rekening met deze bestedingstermijnen. Dit leidt in de tijd tot verschillen met ons vastgestelde bestedingsplan, omdat wij er in bijvoorbeeld in dat plan nog van uitgingen dat de middelen voor Onderwijs eind 2022 al grotendeels zouden zijn besteed. In de werkelijkheid zijn de activiteiten soms later gestart dan gepland en lopen deze ook langer door. Dat is met name aan de orde geweest voor de plannen die betrekking hebben op het onderwijs.

In deze paragraaf staat informatie over de bereikte voortgang per eind 2022 in de uitvoering van de maatregelen met betrekking tot onderwijs (maatregel 4 t/m 6) en onderzoek (maatregel 7).

De middelen die op basis van deze maatregelen beschikbaar zijn gekomen voor de VU, zijn voor een deel ingezet voor VU- brede activiteiten en deels beschikbaar gesteld aan de faculteiten om op facultair niveau invulling te geven aan de NPO-maatregelen. Voor maatregel 4 (studentbegeleiding) is hierbij gekozen voor een 60/40 verdeling over facultaire middelen en VU-brede middelen. Maatregelen 5 en 6 zijn alleen op facultair niveau ingevuld (maatregel 5 bij de faculteiten geneeskunde en tandheelkunde; maatregel 6 bij de lerarenacademie, onderdeel van de faculteit gedrags- en bewegingswetenschappen). Ook maatregel 7 (ondersteuning onderzoekers in tijdelijke dienst) kent een volledig facultaire invulling, omdat deze middelen volledig zijn bestemd voor de verlenging van contracten van onderzoekers in tijdelijke dienst.

Vaststelling en monitoring NPO-plannen

Het gehele bestedingsplan en bijbehorende begroting is ter instemming voorgelegd aan de Gezamenlijke Vergadering van de VU, die op 20 september 2021 heeft ingestemd met dit plan. Zowel op facultair als VU-breed niveau wordt de besteding van de NPO-middelen periodiek gemonitord binnen de reguliere planning- en controlcyclus van de VU en de documenten die in dat kader worden opgesteld (kadernota, jaarplan, periodieke voortgangsrapportages en jaarverslag). De bestedingen komen geoormerkt terug in de (facultaire) jaarplannen en jaarverslagen.

De medezeggenschap is via de reguliere besprekingen van de begroting en het jaarverslag van de VU dus ook aangehaakt op de monitoring van de NPO-middelen. Waar nodig vullen we, in overleg met de medezeggenschap, deze overleggen aan met informele momenten om nadere toelichting te geven over de voortgang. Als de monitoring aanleiding geeft tot wijzigingen van ons bestedingsplan NPO, leggen we die wijzigingen ter instemming voor aan de medezeggenschap. Dat is in 2022 aan de orde geweest voor enkele kleinere bijstelling in de besteding van de gelden van NPO-maatregel 4.

Ten aanzien van de besteding van het jaarlijkse bedrag NPO-gelden, geldt dat de invulling hiervan wordt bepaald door de meerjarige kaders zoals vastgelegd in het bestedingsplan onderwijs VU.

Nadat de middelen in het laatste kwartaal van 2021 beschikbaar kwamen (na afronding van het besluitvormingstraject over het VU-bestedingsplan), is het zwaartepunt van de uitvoering van de plannen in 2022 komen te liggen. Nadat de activiteiten in 2022 langzaam van start zijn gegaan, mede door de toen nog geldende coronamaatregelen, heeft de inzet en besteding een ware inhaalslag vertoond gedurende de rest van 2022. Het bericht medio 2022 dat ook de middelen voor maatregel 4 tot en met 6 tot eind 2024 mochten worden ingezet, heeft ertoe geleid dat voor de meeste projecten bij het vormen van de jaarplannen 2023 de inzet van de middelen in de tijd opnieuw bepaald is. Hiervoor is op dat moment een nieuwe verdeling ingediend.

Onderwijs: Voortgang en realisatie 2022

Inzet van de middelen

De realisatie over 2022 ondersteunt het beeld dat eind 2021 is ontstaan. In 2022 heeft de VU voor maatregel 4 t/m 6 € 3,6m aan middelen toegekend gekregen via de Rijksbijdrage en in totaal is in 2022 € 3,1m uitgegeven. Voor 2022 betekent dit een inzet van 84% van de beschikbare middelen voor dat jaar.

Het saldo nog te besteden middelen over 2022 en 2021 van € 4,1m, schuift door naar 2023 en 2024 voor maatregel 4 t/m 6. De verwachte inzet hiervan in uitvoering en besteding is door de eenheden reeds in de jaarplannen 2023 opgenomen.

Vooruitblik 2023 en 2024

Wanneer we kijken naar de jaren 2023 en 2024 zien we dat alle aangevraagde plannen in beginsel ongewijzigd blijven, maar een andere tijdslijn kennen. In 2023 zal in de besteding zichtbaar worden dat met name de niet-ingezette middelen 2021 leiden tot een intensivering van de activiteiten in 2023 met voor een aantal projecten een verlenging in tijd naar 2023 en 2024. Vooralsnog leidt dit niet tot een wezenlijk ander beeld in de totale begroting tot en met 2024.

Inhoudelijke voortgang

Hieronder wordt per maatregel de inhoudelijke voortgang van de uitvoering weergegeven. Voor maatregel 4 is dit onderverdeeld in de twee thema’s van het bestedingsplan van de VU en eventuele clustering van maatregelen of acties binnen de thema’s. Daarnaast wordt er binnen de thema’s onderscheid gemaakt tussen de facultaire en VU brede inzet.

Voortgang maatregel 4 (studentbegeleiding)

Thema 1: Soepele in- en doorstroom

Binnen het eerste thema gaat het over de overgangen in het onderwijsstelsel en wat we willen doen om die overgangen zo soepel mogelijk te laten verlopen. Binnen de VU willen we onze studenten zo goed mogelijk begeleiden in het maken van de juiste keuzes en het vinden van aansluiting in de nieuwe opleiding. Ook persoonlijke aandacht is bij de VU belangrijk. Zo spelen mentoren en tutoren een grote rol in de persoonlijke noot in de begeleiding van studenten.

Over het algemeen zijn de projecten binnen dit thema in de uitvoerende en soms al afrondende fase. Hieronder volgt per subthema een samenvatting van de voortgang van de uitvoering van de acties.

Facultaire inzet

De voornemens van de facultaire inzet binnen dit thema vielen binnen de volgende type acties:

1. Mentoren en tutorenprogramma’s versterken/uitbreiden

2. Inhoudelijke aansluiting met vooropleiding verbeteren door een vorm van bijscholing aan te bieden op inhoudelijke vakken

3. Welkom terug evenementen voor tweede- en derdejaars, samen met studieverenigingen

1. Mentoren en tutorenprogramma’s versterken/uitbreiden
Meerdere faculteiten hebben ingezet op het ontwikkelen en/of versterken van het mentoraat en tutoraat bij de opleidingen. Zo zijn er bij BETA in het academische jaar 2021-2022 voor 10 bachelor- en 10 masterstudies het tutoraat/mentoraat geïmplementeerd conform een eerder ontwikkeld raamwerk. De opleidingen die nog geen mentoraat/tutoraat hebben is gevraagd dit in 2022-2023 nader vorm te geven. Binnen FGB en FGW zijn er (extra) mentoren aangesteld voor het vernieuwde mentoraat programma. Zij kunnen studenten in verschillende jaren gaan begeleiden. Bij Geneeskunde gaat het hierbij ook om mentoren voor begeleiding tijdens de masteropleiding.

2. Inhoudelijke aansluiting met vooropleiding verbeteren
Binnen de faculteiten zijn vele activiteiten ontplooid om de aansluiting met de vooropleiding te verbeteren: ACTA heeft meerdere kennisclips ontwikkeld om zelfstudie te bevorderen. Bij AUC is er ingezet op bijscholing in schrijfvaardigheid en wiskunde. SBE heeft ingezet op de organisatie van diverse bootcamps om achterstanden weg te werken. Bij de bacheloropleidingen bleek hier uiteindelijk toch geen behoefte aan te zijn. Voor de masteropleidingen zijn deze succesvol verlopen. Bij FGW en FRT is gekozen voor uitbreiding in formatie. Zo heeft FRT een premastercoördinator aangesteld die de studenten extra heeft kunnen begeleiden. FGW heeft de aanstelling van een staflid die al betrokken is bij het Pre University College kunnen uitbreiden om zo specifiek te kijken naar studiekeuze voor FGW studies bij studiekiezers.

3. Welkom terug evenementen voor tweede- en derdejaars
Binnen SBE, RCH, FGB en FGW zijn in 2022 diverse introductie- of ‘back to campus’-activiteiten georganiseerd voor studenten van verschillende opleidingen en jaren (tweede- en derdejaars, en master). Een deel van deze events heeft plaatsgevonden, maar een deel is vanwege onzekerheid rond corona of nieuwe lockdowns niet doorgegaan.

VU brede inzet

Er is in het bestedingsplan voor gekozen om VU breed in te zetten op de volgende subthema’s:

1. Studiekeuze en voorbereiding op de arbeidsmarkt

2. Sociale binding voor (of net na) de poort

3. De aansluiting tussen het voortgezet onderwijs en het hoger onderwijs

1. Studiekeuze en voorbereiding op de arbeidsmarkt
Met betrekking tot het onderwerp studiekeuze is er in 2022 een aantal aanvullende studiekeuze activiteiten opgezet. Zo is er een “Spoedcursus Studiekeuze” voor een aantal scholen uit het Pre University College netwerk georganiseerd. De reacties van de deelnemende scholen en leerlingen waren positief. Daarnaast zijn er kleinschalige rondleidingen op de VU campus georganiseerd, als alternatief voor het gemis van grote open dagen ten tijde van de coronamaatregelen. In het voorjaar en najaar van 2022 hebben in totaal 10 rondleidingen plaatsgevonden. Hier hebben ruim 300 studiekiezers zich voor aangemeld. Tot slot heeft het project “studiekeuzecheck” vertraging opgelopen door langdurige ziekte van de betrokken onderzoeker. Er wordt verwacht dat het rapport in de zomer van 2023 wordt opgeleverd.

Wat betreft de voorbereiding op de arbeidsmarkt zijn er vanuit Career Services drie subprojecten ontstaan die in samenwerking met de career officers van de faculteiten worden vormgegeven. Het gaat hierbij om een VU Career Day, een workshop ‘maak een succes van je stage / eerste baan’, en een gids voor interactieve carrièregids voor internationale studenten. Alle drie deze projecten zijn in uitvoering. De besteding vindt plaats in het academisch jaar 2022-2023.

2. Sociale binding voor (of net na) de poort
Een aantal activiteiten dat binnen dit subthema valt is inmiddels al afgerond. Zo is er voor het eerst een VU-breed introductieprogramma voor nieuwe (pre)masterstudenten georganiseerd, welke op 31 augustus 2022 op de campus heeft plaatsgevonden. Ruim 500 nieuwe masterstudenten hebben hier aan deelgenomen. De evaluatie van deze pilot was positief. Er wordt nu gekeken hoe deze introductie in de lijn kan worden opgenomen. Voor het project “specifieke groepen studenten wegwijs maken” zijn de eerste twee informatiefilmpjes gerealiseerd; voor de doelgroepen internationale studenten en studenten met een functiebeperking. De ontwikkeling van een pre-student community is deels in 2022 afgerond.

3. De aansluiting tussen het voortgezet onderwijs en het hoger onderwijs
Er is een pilot van studentenhubs gerealiseerd. Studenten zijn hierbij gekoppeld aan 11 scholen waarbij zij ingezet worden als vraagbaak en ondersteuner voor de scholieren. Daarnaast worden academische vaardigheden van aankomende studenten versterkt door middel van een app; een gezamenlijk project met de Erasmus Universiteit Rotterdam, Universiteit Maastricht en Tilburg University. De app is in ontwikkeling, inmiddels zijn er drie animaties voor drie academische vaardigheden af inclusief leermateriaal. Verwacht wordt dat de app in de zomer van 2023 zal worden gelanceerd.

Thema 2: Welzijn studenten en sociale binding met de opleiding

De VU is een betrokken, open en inclusieve onderwijsomgeving. We willen een welkome plek zijn voor alle studenten. Iedereen moet zich op de juiste plek voelen en waar dat niet zo is moeten er voldoende mogelijkheden zijn om dat aan te kaarten en te verbeteren. De activiteiten vallend onder thema 2 hebben als doel dit mogelijk te maken.

Ook binnen dit thema geldt dat de projecten en activiteiten bijna allemaal in de uitvoerende en soms afrondende fase verkeren. In vergelijking met thema 1 zien we wel dat een relatief groter aandeel van de middelen nog in 2023 en 2024 zal worden besteed, en dat is onderdeel van de jaarplannen van de betrokken diensten en faculteiten. Hieronder volgt per subthema een samenvatting van de voortgang van de uitvoering van de acties.

Facultaire inzet

De voornemens van de facultaire inzet binnen dit thema vielen binnen de volgende type acties:

1. FTE uitbreiding op studieadvies/studentbegeleiding

2. Onderwijsondersteuning op opleidingsniveau. Kleinere groepen/meer contact/meer sociale binding bewerkstelligen

3. Opnemen in een curriculum als life skills training. De interventie van Caring Universities kan hiervoor geschikt gemaakt worden

1. FTE uitbreiding op studieadvies/studentbegeleiding
Veel faculteiten hebben ingezet op personele uitbreiding binnen het onderwerp studieadvies en studentbegeleiding. Zo zijn er op meerdere faculteiten extra studieadviseurs aangesteld of zijn tijdelijke contracten verlengd. Ook is er bij SBE professionele coaching ingezet voor één-op-één begeleiding voor studenten met een studieachterstand.

2. Onderwijsondersteuning op opleidingsniveau
Op meerdere faculteiten is extra onderwijspersoneel aangenomen ter ondersteuning van het onderwijs en studentenwelzijn. Geneeskunde heeft een ICT medewerker kunnen aanstellen die zorgt voor een betere informatievoorziening voor studenten wat bijdraagt aan de studeerbaarheid van de opleidingen. Ook hebben ze een jurist aangesteld die de examencommissie ondersteunt, in het bijzonder ten aanzien van fraude en bezwaarprocedures. De Rechtenfaculteit heeft ingezet op het meer intensief kunnen begeleiden van studenten met studieproblemen, bijvoorbeeld door het aanbieden van workshops gericht op studievaardigheden, en het creëren van studiegroepen.

3. Opnemen in een curriculum als life skills training
Binnen SBE is gekozen om uit te breiden in loopbaanondersteuning voor bachelorstudenten, door het Career Platform in te bedden in het curriculum. De digitale modules hiervoor zijn in voorbereiding en zullen in 2023 worden opgeleverd.

VU brede inzet

Er is voor gekozen om VU breed in te zetten op vier subthema’s:

1. Uitbreiding van de capaciteit voor studentbegeleiding en studentenwelzijn

2. Inzet op student engagement

3. Uitbreiding van het workshop- en interventieaanbod voor studenten

4. Tools/apps voor studenten op sociale binding en studieskills

1. Uitbreiding van de capaciteit voor studentbegeleiding en studentenwelzijn
Alle activiteiten vallend onder dit subthema zijn in uitvoering of gerealiseerd. Vooruitlopend op de NPO middelen en vanuit de noodzaak om op dit onderwerp snel actie te ondernemen is hier vanuit eigen middelen al eerder in 2021 in geïnvesteerd. Zo zijn er extra studentenpsychologen ingezet waardoor meer studenten met corona-gerelateerde psychische problemen bij hen terecht kunnen en zij sneller kunnen worden geholpen. Deze extra inzet is in 2022 gecontinueerd met 2,2 fte. Daarnaast zijn er twee student-assistenten aangenomen die in 2022 vijf extra ‘plan- en doe’-groepen (groepen die studenten helpen met studeren en plannen) gegeven hebben. Tot slot is er in 2021 een student wellbeing officer aangenomen, en is er een fysiek Student Wellbeing Point op de campus opgericht dat in 2022 verder vorm heeft gekregen en veel studenten heeft kunnen bereiken. Per januari 2023 is dit point een vaste service binnen de VU.

2. Inzet op student engagement
Ook de acties die binnen student engagement vallen zijn allen in uitvoering of gerealiseerd. Zo is er een student engagement team opgezet en wordt er gewerkt aan het zichtbaar maken van student engagement door middel van een aantal events. Ook is er gewerkt aan de verdere realisatie van een fysiek Student Engagement Point op campus. 3D (een plek op de VU waar al veel studentactiviteiten plaatsvinden) heeft met het budget extra student-assistenten kunnen aannemen die van grote toegevoegde waarde zijn. Nieuwe studenten die kampen met isolement en behoefte hebben aan verbinding en sociale contacten weten 3D steeds beter te vinden, het aantal deelnemende studenten nam in 2022 verder toe. Verder zijn er middels de Call for Action inmiddels vijf aanvragen voor studentinitiatieven gedaan, ter bevordering van sociale contacten, studentenwelzijn en ondersteuning bij het studeren. Tot slot zijn er in het voorjaar en in het najaar van 2022 trainingen aangeboden aan alle student confidants van studieverenigingen. Uiteindelijk hebben 29 student confidants de training gevolgd. Het gemiddelde beoordelingscijfer van deelnemers voor deze training was een 8.3.

3. Uitbreiding van het workshop- en interventieaanbod voor studenten
Het workshopaanbod van de afdeling studentontwikkeling is in 2022 verder uitgebreid met acht extra studievaardigheidstrainingen. Aan de trainingen hebben ruim honderd studenten deelgenomen. De andere drie acties omvatten interventies die zich op dit moment in de uitvoerende fase bevinden. Zo is er bij eerstejaars psychologiestudenten een pilot gedraaid voor een extra “lifehack” interventie binnen Caring Universities. Daarnaast is er een programma voor de peer-to-peer coaching ontwikkeld (bedoeld om op een laagdrempelige manier sociale interactie tussen studenten te faciliteren). Zowel de studentencoaches als de deelnemers zijn geworven, de coaches zijn getraind en het programma voor de deelnemers start begin februari 2023. Tot slot zijn er met het Goal Setting 2.0 project twee interventies ontwikkeld waarmee wordt beoogd de impact van de VU StudieKeuzeCheckvragenlijst te verhogen en daarmee de problemen van uitval/switch te verminderen. De pilots hiervan gaan in 2023 van start.

4. Tools/apps voor studenten op sociale binding en studieskills
Het project voor het maken van een preventieve digitale gids voor beginnende studenten bevindt zich in de uitvoerende fase; er zijn al veel inhoudelijke stukken af en er wordt nu gekeken wat voor vorm de gids moet krijgen. Streven is om de gids vanaf het nieuwe academische jaar in september 2023 te kunnen aanbieden. Het andere project wat onder dit subthema valt had als doel het ontwikkelen van een app op het gebied van studentenwelzijn. Echter bleek dat een app op dit moment niet meer de grootste toegevoegde waarde heeft. Er is meer behoefte aan interactie óp de campus in plaats van online. Daarom is met instemming van de medezeggenschap een andere bestemming gevonden voor deze middelen. Ze worden nu ingezet om de Mindful Library te realiseren. Dit is een initiatief dat studenten én medewerkers de gelegenheid biedt om mindfulness een plek te geven in hun dagelijkse studeren en werken op de campus. Dit verbindt studenten en medewerkers met elkaar, wat een ‘sense of belonging en community’ versterkt. In 2022 is er hiervoor al veel voorwerk verricht. Zo zijn er boekenlijsten samengesteld, zijn er met FCO gesprekken gevoerd over de toewijzing en verbouwing van de definitieve locatie, en zijn er voorbereidingen getroffen voor een tijdelijke pop-up in een studiezaal binnen de VU.

Randvoorwaarden

Voor alle bovenstaande ideeën zijn ook bepaalde condities noodzakelijk om ze tot een succes te maken. Zo moet er voor de ‘verhoogde campusactiviteit’ wel voorzieningen en fysieke ruimte beschikbaar zijn, waar campusontwikkeling bij betrokken is. Daarnaast is ook training een belangrijke randvoorwaarde voor succes, bijvoorbeeld voor de extra ingezette studentassistenten, docenten, studie- en studentbegeleiders, mentoren en tutoren. Tenslotte willen we ook goed blijven monitoren wat we doen en of dat de gewenste effecten heeft.

De VU zet daarom in op de volgende concrete acties:

• Trainingen: Mentoren/tutoren professionaliseren

• Trainingen: Studentassistenten

• Trainingen: Professionalisering van docenten

• Trainingen: Studie- en studentbegeleiders internationale studenten

• Campusontwikkeling voor de verhoogde campusactiviteit

• Stelpost monitoring

Alle trainingen zijn inmiddels in uitvoering.

• Voor de professionalisering van mentoren en tutoren heeft in augustus-september 2022 weer een starttraining voor mentoren plaatsgevonden bij meerdere opleidingen van verschillende faculteiten. Hier zitten ten opzichte van vorig jaar nieuwe opleidingen en faculteiten tussen. De aanmelding liep zeer goed. De training wordt nu bij alle faculteiten aangeboden, maar nog niet bij alle opleidingen. Streven is om volgend jaar het aantal opleidingen weer uit te breiden en te zorgen voor een duurzame organisatie, zodat de start training standaard wordt aangeboden aan nieuwe mentoren.

• De eerste training voor studentassistenten is in oktober gegeven, naar tevredenheid van de deelnemers. Komend jaar wordt de training weer aangeboden en wordt er ook gestart met een training voor vakcoördinatoren die veel met student-assistenten werken.

• Wat betreft de professionalisering van docenten wordt er in de BKO aandacht aan studentenwelzijn, maar daar is niet genoeg ruimte om deelnemers echt diepgaander te trainen op dit vlak. Er wordt daarom gezocht naar een andere inbedding, bijvoorbeeld via de mentoraatprogramma’s. De visievorming hierop is in een ver gevorderd stadium, gesprekken met stakeholders verlopen goed, de daadwerkelijke inbedding in de programma's zal een langere adem vragen.

• Tot slot heeft er een training interculturele communicatie plaatsgevonden voor studie- en studentbegeleiders van internationale studenten. In 6 groepen hebben ongeveer 80 medewerkers de training doorlopen. De reacties hierop waren positief en de evaluaties uitstekend. De training heeft een 8,3 gekregen. Voor een vervolg wordt momenteel een drieledig aanbod onderzocht.

Het bedrag voor campusontwikkeling zal worden ingezet voor ruimtelijke aanpassingen in de gebouwen om de student-gerelateerde processen zoals studenten- en studiebegeleiding beter te faciliteren. De inpassing daarvan is complex en daarom vertraagd. Er wordt gestuurd op realisatie van de faciliteiten in 2023 maar er zijn risico's op vertraging.

Tot slot is de stelpost monitoring sinds januari 2022 ingevuld met 0,3 fte voor een coördinator NPO projecten Onderwijs.

Voortgang maatregel 5 (Stagecompensatie in de zorg)

Maatregel 5 is specifiek gericht op de faculteiten geneeskunde en tandheelkunde (ACTA). Beiden zetten de NPO middelen in om maatregelen te treffen om verdere vertraging en achterstanden te voorkomen, en om opgelopen studievertraging en achterstanden zo snel mogelijk in te halen en het welzijn van studenten te verbeteren. De beoogde plannen zijn in juli 2021 goedgekeurd door de studentenraad van deze faculteiten. Het beschikbare budget ad € 1.058k was in ons bestedingsplan conform de OCW-toewijzing volledig in 2021 verantwoord, maar we zien in de praktijk dat de activiteiten en bijbehorende bestedingen veelal pas in 2022 zijn gestart en doorlopen naar 2023 en voor een kleiner deel naar 2024.

Geneeskunde heeft zich in 2022 ingezet voor het uitbreiden van het aantal contracten en plekken voor (wetenschappelijke) stages, uitbreiden van het aantal coschappen, en de ontwikkeling en implementatie van een extra keuzecoschap in een gezondheidscentrum. Al deze activiteiten zijn in de uitvoerende of afrondende fase. Zo is er per februari 2022 is een projectleider ‘Wetenschappelijke Stage’ aangesteld die deze nieuwe stageplekken ontwikkelt en borgt. Op verschillende plekken zijn er daarnaast extra coschapsplekken gecreëerd om de doorstroom van studenten te bevorderen. Zo worden de middelen ingezet om tot een duurzame verbetering van de doorloop in de coschappen voor de komende jaren te komen, door middel van betere match student-patiënt en uitbreiding naar locaties buiten de muren van het ziekenhuis.

ACTA heeft ingezet op uitbreiding van het aantal externe stageplaatsen en op het aanbieden van extra klinisch onderwijs. In totaal zijn er nu 220 stageadressen voor ongeveer 150 studenten die de externe stage hebben doorlopen. Dit is conform planning. Daarmee is in 2022-23 een stabiel en toereikend aantal externe stageplaatsen gerealiseerd. De extra uitbreiding zal voor 2023-24 noodzakelijk zijn voor het wegwerken van de laatste COVID achterstanden in het master3-programma. Het doel is daarna tot een duurzame inrichting van de externe stages in het onderwijs te komen. Master3 of Ma3 is een bepaalde groep masterstudenten.

Om de achterstand van een deel van de MA-studenten (studiejaar 2021-22 en 2022-23) weg te werken is extra klinisch onderwijs aangeboden waarvoor extra personeel is aangesteld en uit drie secties extra personeel is ingezet. Hierdoor is de Ma3 zonder studievertraging afgestudeerd en loopt Master1 in 2022-2023 weer in een regulier programma.

Tot slot is er extra ondersteuning voor de planning en roostering aangetrokken, onder meer voor stageondersteuning en voor het Skillslab van ACTA.

Voortgang maatregel 6 (Lerarenopleidingen)

Binnen de lerarenacademie zijn verschillende acties opgezet die zich in 2022 in de uitvoerende of afrondende fase bevinden:

• Informatievoorzieningen voor studenten verbeteren: in uitvoering. De lerarenacademie versterkt de informatievoorzieningen door een gerichte en persoonlijkere inzet. Zo is extra ondersteuning geboden bij het Steunpunt Lerarenopleidingen. Dit steunpunt is er voor eerstelijns hulp voor zittende en toekomstige studenten. Ook is de 'warm bad'-aanpak ontwikkeld. Studenten voelen zich sneller thuis. De visitatiecommissie (2022) roemde de persoonlijke aanpak. Daarnaast zijn de communicatiestromen op verschillende platformen verbeterd. Zo is er extra aandacht voor de website lerarenopleidingen voor werving van studenten. Daarnaast is er aandacht besteed aan extra informatie binnen de opleiding: extra pagina's 'algemene informatie lerarenopleidingen' die al onze studenten van informatie voorziet. Een analyse laat zien dat veel m EER-studenten de lerarenacademie weten te vinden en dat ze blijven hangen op relevante pagina's.

• Versterken vakdidactische begeleiding: in uitvoering. Het grootste deel van het budget is bestemd voor versterking van de vakdidactische begeleiding. Er zijn diverse junior-vakdidactici aangesteld die werkzaamheden overnemen van de senior-vakdidactici zodat deze meer tijd hebben voor begeleiding in kleinere groepen, meer een-op-eencontact, etc. Vrijwel alle schoolvakken (en dus studenten) profiteren hiervan. De junior vakdidactici namen extra stagebezoeken voor hun rekening, hielpen bij de bemensing van het mentoraat en namen klussen van de vakdidactici uit handen, zodat studenten per saldo meer individuele aandacht kregen.

• Investeren in ondersteuning assessment trajecten: afrondende fase. Een aantal senior en junior vakdidactici is ingewerkt om assessments af te nemen. Drie junior vakdidactici hebben in januari hun certificaat behaald.

• Versterken stagebureau: in uitvoering. De vaste stagecoördinator heeft een uitbreiding van haar aanstelling gekregen om de pieken in de stagetoewijzing op te vangen. Tevens werkt zij aan een eenvoudigere intake. Door langdurige ziekte is de extra capaciteit echter niet ten volle benut. 

• Intensiveren van intervisie: afgerond. Het aantal intervisiemomenten is opgewaardeerd; meer uren, meer aandacht door verkleining van de groepen. Dit wordt zeer gewaardeerd door de studenten. Tijdens de lockdowns was er hier veel behoefte aan. Inmiddels, nu er geen lockdowns meer zijn, keren de opleidingen terug naar de reguliere peergroupmomenten. Vanaf volgend jaar worden deze binnen de eigen begroting uitgebreid.

• Extra begeleiding lang-studeerders: in uitvoering. Voor studenten die langer over hun studie doen is extra ondersteuning georganiseerd – het zogenaamde bezemklasje. Omdat dit nog niet het gewenste effect had is gedurende het jaar de aanpak veranderd van een wat generiekere naar een wat persoonlijkere aanpak. Dit lijkt te helpen.

• Aanvullend vaardigheidsonderwijs: nog niet gestart. Er is gebleken dat er niet genoeg behoefte was aan het inzetten op extra vaardighedenonderwijs. Daarom is het desbetreffende bedrag op andere wijze ingezet, namelijk door meer aandacht voor blended learning – met name Algemene Didactiek – zodat er meer tijd beschikbaar kwam voor (nog meer) persoonlijke aandacht tijdens de colleges op de VU. Ook is meer aandacht besteed aan de lessen die worden verzorgd voor het NT2-onderwijs. Binnen Algemene didactiek zijn keuzeworkshops aangeboden die zich op specifieke vaardigheden richten (klassemanagement, differentiatie). Dit type workshop kan ook breder, bij alumni en in professionalisering, worden uitgezet.

De realisatie van de bestedingen verloopt conform het VU-bestedingsplan.