Ga naar website navigation Ga naar artikel navigatie Ga naar inhoud

2.3 Langlopende schulden

Het verloop van de langlopende schulden is als volgt:

(bedragen x € 1.000)

Stand per

Opnames

Overige

Aflossingen

Stand per

Looptijd

Looptijd

 

01.01.2023

in 2023

mutaties

2023

31.12.2023

1-5 jaar

> 5 jaar

Kredietinstellingen EIB

236.230

-

-

-14.136

222.094

87.868

134.226

Kredietinstellingen BNG

50.000

-

-

-

50.000

35.833

14.167

Ineffectiviteit derivaten

2.206

-

665

-

2.871

2.871

-

Vooruitontvangen erfpacht

4.983

-

-70

-

4.913

345

4.568

Vooruitontvangen investeringssubsidie

2.945

-

-

-

2.945

2.945

-

Totaal langlopende schulden

296.364

-

595

-14.136

282.823

129.862

152.961

Kredietinstellingen EIB en BNG

De schuld aan kredietinstellingen heeft betrekking op leningen van de Europese Investeringsbank (EIB) en de BNG Bank (BNG) voor de herontwikkeling van de campus.

De totale bovenstaande kredietfaciliteit bedraagt € 405m. Er zijn geen zekerheden verstrekt.

De langlopende schulden zijn gedaald met ca. € 14,1m als gevolg van aflossingen op bestaande leningen. De aflossingsverplichtingen voor 2024 bedragen € 15,4m.

Met de banken, de EIB, de Deutsche Bank (DB) en de BNG zijn vier financiële convenanten afgesproken. In 2023 is de VU ruim binnen deze gestelde normen gebleven. Onderstaande tabel geeft de waarden van de ratio’s per 31 december 2023 en de norm van de banken weer.

Ratio ¹

VU

Banken

Solvabiliteit I

35,7%

>30%

Debt Service Coverage

2,5

>1,3

Loan to Value

36,4%

<50%

Investeringen (in € mln) ²

66,1

124,7

¹ Solvabiliteit I = eigen vermogen / totaal vermogen
  DSCR = EBITDA / jaarlijkse verplichtingen met betrekking tot lang vreemd vermogen
  Loan to value = totaal langlopende schulden / totale vaste activa
  Investeringen = gerealiseerde investeringen / 110% gebudgetteerde investeringen
² 110% van investeringsbegroting jaarverslag

Ineffectiviteit derivaten

De VU past kostprijshedge-accounting toe op haar derivatenportefeuille. Richtlijn RJ 290 schrijft voor dat het deel van de derivatenportefeuille dat ineffectief is, op de balans gewaardeerd moet worden als de waarde van de derivaten negatief is én meer negatief is dan de waardeverandering van de onderliggende afgedekte leningen. Dit bedrag wordt onder de langlopende schulden gepresenteerd vanwege het langlopende karakter van de derivaten. Een vermindering in de ineffectiviteit komt ten gunste van de staat van baten en lasten. Voor 2023 is de ineffectiviteit toegenomen met € 0,7m (2022: daling € 1,2m).

Voor het bepalen van de omvang van de ineffectiviteit wordt een vergelijking gemaakt tussen de waardeverandering van de zeer waarschijnlijke toekomstige externe financiering (welke wordt gemodelleerd als een zogenaamd ‘hypothetisch derivaat’) en de marktwaarde per eind 2023 van de bestaande derivatenportefeuille. Het verschil tussen de beide waarderingen is de omvang van de ineffectiviteit.

Vanwege de huidige lage kapitaalmarktrente en de lange looptijd vertoont de portefeuille een negatieve marktwaarde van ongeveer € 39,1m per eind 2023 (2022: € 31,6m). De marktwaarde is de actuele waarde van de in de toekomst verschuldigde verplichtingen.

Sinds 31 december 2020 is, zoals gedefinieerd in het derivatencontract (ISDA) met de Deutsche Bank, geen sprake van een overhedge. Ook in de jaren 2024 en 2025 wordt geen overhedge verwacht. Zie onderstaande tabel voor het overzicht van de bestaande derivatenportefeuille.

Hoofdsom

 

Tegenpartij

Periode

Te betalen

Te ontvangen

Reële waarde

Reële waarde

(x € 1.000)

   

rente

rente

31.12.2023

31.12.2022

10.000

 

BNG

2010 - 2025

4,60%

6 mnds Euribor

-280

-504

10.000

 

BNG

2011 - 2026

4,65%

6 mnds Euribor

-543

-667

15.000

 

DB

2011 - 2025

5,53%

1 mnds Euribor

-14.197

-1.011

50.000

 

DB

2013 - 2035

5,23%

1 mnds Euribor

-13.234

-11.220

50.000

 

DB

2013 - 2035

5,37%

1 mnds Euribor

-10.051

-9.705

152.675

*

DB

2014 - 2030

5,16%

1 mnds Euribor

-771

-8.475

Totaal

     

-39.076

-31.582

*) De hoofdsom varieert gedurende de looptijd. Het hier vermelde bedrag betreft de uitstaande hoofdsom per 31-12-2023.

Vooruitontvangen erfpacht

Erfpachttermijnen die in een keer zijn geïnd worden verantwoord onder langlopende schulden. Gedurende de looptijd van de erfpachtcanons zal een evenredig deel van deze schulden vrijvallen ten gunste van het resultaat.

Vooruitontvangen investeringssubsidie

Voor de financiering van een gebouw voor start ups heeft de VU in 2022 een investeringssubsidie ontvangen van de Gemeente Amsterdam. Er heeft nog geen besteding plaatsgevonden.